Ik ben niet van de school die euforisch roept: “Corona heeft ons ook zo veel moois en goeds gebracht. Laten we dat vooral vasthouden.” Alsof het een zegen is. Daarvoor slaat de balans voor mij toch echt te veel door naar alle ellende en verdriet, die deze crisis ons gebracht heeft en nog gaat brengen. En ik vind het ook niet leuk dat mijn werk zich nu nog steeds grotendeels afspeelt op een beeldscherm, waarbij ik mijn gesprekspartners niet echt in de ogen kan kijken. Isolement in mijn eigen huis (hoe fijn het daar ook is) is voor mij een te hoge prijs voor de vaak onterecht vermeende ‘efficiency’, die het online werken zou brengen. En als het echt zo leuk is om in je eigen achtertuin op vakantie te gaan, dan had ik dat de afgelopen twintig jaar ook wel gedaan. Ik wil gewoon op pad.
Ik ben wel historicus genoeg om te weten dat grote crises (economische crises, sociale crises, revoluties, pandemieën) in het verleden vaak ‘kantelmomenten’ naar een nieuwe en betere tijd waren (soms overigens ook niet). Ik heb in de zomer de nodige wetenschappelijke ‘feel good boekjes’ gelezen, die dit nog eens onderstrepen. Vanuit die invalshoek wil ik er wel naar kijken. Natuurlijk moeten we blijven werken aan saamhorigheid en solidariteit. Uiteraard is het goed dat we (noodgedwongen) heel snel heel veel geleerd hebben op het gebied van online werken en online onderwijs. Het is ook goed als mede daardoor de mobiliteit straks echt minder wordt met alle positieve effecten (duurzaamheid, klimaat) die dat hopelijk zal opleveren. Ik zal heus wel iets minder vaak voor één gesprek naar Groningen op en neer rijden als het gesprek ook online kan.
Ook op het gebied van gezondheid en hygiëne hebben we snel veel geleerd. Misschien – zo las ik laatst in een mooie beschouwing over de Coronacrisis in de context van de ‘Civilisatietheorie’ van Norbert Elias – zullen historici in 2030 verbaasd uitroepen dat mensen in Nederland in 2019 gewoon nog zonder mondkapje in de trein zaten! Allemaal prima.
Maar laten we vooral zoeken naar een nieuwe balans. Dat leert de geschiedenis ons ook. Crises leid(d)en zelden tot echte ‘disrupties’. En dat is maar goed ook.
Dat zoeken naar een nieuwe balans geldt ook voor mijn werk als adviseur. Ik ben me er heel goed van bewust dat mijn collega’s en ik in een bevoorrechte positie zitten, omdat wij ‘een product verkopen’ dat zo oud is als de weg naar Rome en waaraan tot aan het einde der tijden behoefte zal blijven bestaan: goede raad, advies. Daarmee zijn wij redelijk ‘crisisbestendig’.
Maar ook voor ons geldt, dat wij het ook niet altijd weten. Als we dan toch iets moeten vasthouden na deze crisis, is het dat Socratische besef. De post-corona-adviseur zal misschien iets meer vanuit deze empathische houding moeten gaan opereren: ‘we doen ons best, we denken dat dit de goede weg is, maar zeker weten doen we het minder dan ooit’. Dat maakt ons, onze professie en onze toegevoegde waarde alleen maar sterker: onderzoek alles en behoud het goede. Dat is mijn advies voor het komende decennium.